Melkveehouder Edwin Keuper in het Gelderse Netterden startte in het najaar van 2018 met de droogstandbalen, in eerste instantie om een ruwvoertekort te compenseren. Dit bevalt inmiddels zo goed, dat Keuper doorgaat met de balen, ook nu hij weer voldoende ruwvoer heeft. “In de zomer hebben we gemiddeld zo’n 15 droogstaande koeien en in de winter 20. Het is voor mij de belangrijkste groep. Het werkt erg prettig als ze gemakkelijk afkalven en daarna gezond en zonder problemen opstarten. Voorheen voerden we hooi en gras aan het voerhek. Dat ging ook best goed, maar je hebt soms wel verschil in kwaliteit. Met de balen heb je meteen een compleet rantsoen dat constant van kwaliteit en samenstelling is. Je weet ook precies hoeveel je voert en hoeveel drogestof ze per dag opnemen. Zeker als je wat problemen hebt met het afkalven en de opstart, kun je met droogstandbalen goed sturen op de voerkwaliteit en voeropname. Mijn indruk is dat de koeien er nu toch nog iets beter uitzien dan voorheen. Je zet met de droogstandbalen echt de puntjes op de i.
Daarnaast werkt het gewoon ontzettend gemakkelijk. Ik snij de baal open en verdeel de inhoud met een kleine shovel. Minder tijd kun je niet kwijt zijn met voeren.”
Edwin en Marieke Keuper hebben in het Gelderse Netterden een melkveebedrijf met 140 melkkoeien. De productie ligt momenteel op 10.500 per koe, met 4,45 procent vet en 3,72 eiwit.